Samenwonen en financiën, methode van delen
Samenwonen is natuurlijk een leuke en spannende stap! Maar er moeten ook veel praktische zaken geregeld worden. Het is bijvoorbeeld erg belangrijk om goede financiële afspraken te maken. De methode die in dit artikel wordt beschreven is erg handig en eerlijk voor beiden, want wie betaalt op basis van inkomen.
Inkomen
Maak drie kolommen: twee kolommen met het (netto)inkomen van beide personen en één kolom met het totale inkomen (denk aan huurtoeslag). Studiebeurzen en ouderbijdragen moeten ook worden opgenomen. Tel de inkomsten voor elke kolom bij elkaar op.
Bijvoorbeeld:
1e persoon | 2e persoon | Gewricht | |||
---|---|---|---|---|---|
Salaris | 1500 | Studentenbeurzen | 250 | Huursubsidie | 100 |
Bijdrage ouders | 250 | ||||
In totaal | 1500 | In totaal | 500 | In totaal | 100 |
Uitgaven
Maak nog drie kolommen: twee kolommen voor de uitgaven van beide personen en één kolom voor de totale uitgaven. Voor persoonlijke uitgaven boekt u alleen vaste noodzakelijke uitgaven, zoals zorgverzekering en collegegeld. Voor de gemeenschappelijke kosten vult u uitgaven in zoals huur, autoverzekering, opstalverzekering, gas en elektra, water en internet. De eenvoudigste manier om deze uitgaven te krijgen is van uw bankafschriften of van het voorbeeld in dit artikel. Tel de kolom uitgaven bij elkaar op.
Bijvoorbeeld:
1e persoon | 2e persoon | Gewricht | |||
---|---|---|---|---|---|
Ziektekostenverzekering | 100 | Ziektekostenverzekering | 100 | Huren | 700 |
Kleding | 200 | Kleding | 200 | Gemeentebelasting | 50 |
opstalverzekering | 10 | ||||
Internet, televisie en telefoon | 50 | ||||
Elektriciteit en gas | 100 | ||||
Water | 20 | ||||
autoverzekering | 50 | ||||
wegenbelasting | 50 | ||||
Auto onderhoud | 100 | ||||
Brandstof | 100 | ||||
In totaal | 300 | In totaal | 300 | In totaal | 1230 jaar |
Dit voorbeeld is nog vrij minimaal. Voeg ook onverwachte uitgaven toe en probeer elke maand een beetje te sparen.
Berekening
Trek de totale uitgaven van Persoon 1 af van het totale inkomen van Persoon 1. Doe hetzelfde voor persoon 2 en trek ook de gezamenlijke uitgaven af van het totale inkomen.
Bijvoorbeeld:
1e persoon | 2e persoon | Gewricht | |
---|---|---|---|
Inkomen | 1500 | 500 | 100 |
Uitgaven | 300 | 300 | 1230 jaar |
In totaal | 1200 | 200 | -1130 |
Tel nu deze nieuw berekende sommen van beide personen bij elkaar op en deel de sommen van personen 1 en 2 door deze som. Vermenigvuldig dat deel dan met de resterende gedeelde kosten, dat is het bedrag dat Persoon 1 moet betalen.
Bijvoorbeeld:
- Totaal inkomen (na aftrek persoonlijke uitgaven): 1200 + 200 = 1400
- Aandeel voor persoon 1: 1200/1400 = 0,86
- Bijdrage van persoon 1: 0,86 * 1130 = 971,80
- Indeling voor 2e persoon: 200 / 1400 = 0,14
- Bijdrage van persoon 1: 0,14 * 1130 = 158,20
1e persoon | 2e persoon | In totaal | |
---|---|---|---|
Inkomsten (na aftrek persoonlijke uitgaven) | 1200 | 200 | 1400 |
een deel | 0,86 | 0,14 | 1 |
Investering | 971,80 | 158,20 | 1130 jaar |
Zo betaalt de 1e persoon 86% en de 2e persoon 14% van de totale kosten.
Hoeveel heb je nog over?
U kunt berekenen wat u maandelijks overhoudt door deze bijdrage na aftrek van vaste lasten af te trekken van uw inkomen.
Bijvoorbeeld:
1e persoon | 2e persoon | |
---|---|---|
Inkomsten (na aftrek persoonlijke uitgaven) | 1200 | 200 |
Investering | 971,80 | 158,20 |
Over | 228,20 | 41.80 |
En hoe moet dat in de praktijk?
Doe deze berekening regelmatig, bijvoorbeeld als er iets verandert in uw inkomsten of uitgaven. Vraag een gezamenlijke rekening aan waarop alle gezamenlijke kosten worden afgeschreven. Maak maandelijks uw bijdrage over op de gezamenlijke rekening. Eten kan ook gekocht worden met een gezamenlijke betaalpas.
Kortom: neem de tijd om op deze manier te leren tellen, dan kunt u uw nieuwe huishouden eerlijk en moeiteloos financieren!€