Rentestructuren en hypothecaire leningstructuren
Vervolgens bekijken we alle mogelijkheden voor rentestructuren en hypotheken. Zo kun jij als lezer bepalen wat voor jou het beste werkt.
Rentestructuren
Rentetarieven maken
:
- a) Oriëntatie hypotheek / startershypotheek / vervroegde hypotheek: in een bepaalde periode tijd om je te oriënteren op de lengte van de rentevaste periode en het rentepercentage.
- b. Aanbouw van een 7, 12, 17 jarige hypotheek met rentebedenktijd: 2 jaar voor het einde van de rentevaste periode kan de kredietnemer het moment kiezen waarop de rente voor de volgende periode wordt bepaald.
Opbouw van de gemiddelde rentevoet
: de impact van renteschommelingen wordt in de loop van de tijd verzacht door de rentetarieven vast te stellen op basis van voortschrijdend gemiddelde.
Rentedrempel constructie
(stabiele rente): schommelingen in de rente binnen een bepaalde bandbreedte (bijvoorbeeld 2%) veroorzaken geen aanpassing.
overgangsconstructie
: overgang van een rentevaste periode of van een variabele rentesituatie naar een andere veel langere rentevaste periode
Afhaal constructie
: uitvoeringskosten bij verhuizing. Soms is het ook mogelijk om over te gaan naar een nieuwe koper (of een nieuwe notariële akte).
Loon vaste structuur
: de basisrente geldt voor de gehele looptijd, plus of min de groeivoet van de loonindex, aantrekkelijk bij matige loonstijgingen.
Belangrijke optionele variabelen:
rentevaste periodes, verhouding inkomsten/uitgaven, renteontwikkeling.
Hypotheekconstructies
Uitgestelde aflossing
: het is mogelijk om voor zowel annuïteiten als lineaire hypotheken alleen rente te betalen voor meerdere jaren (bijv. 1, 5 of 7). Het is belangrijk dat de deadline niet wordt verlengd.
De meest populaire hypotheken
: het leenbedrag is afhankelijk van:
- Lender’s Loan Standard: Boven 90% van de executiewaarde is de hoogste hypotheek (meestal hogere rente). Vaak wil de geldverstrekker een versnelde aflossing boven de 75%: het geleende bedrag wordt vaak voor het gemak verdeeld.
- De samenstelling van het inkomen van de lener
- Woningwaarde
Tweede hypothecaire lening
: indien de resterende hoofdsom < bep. % van de verpande waarde is het mogelijk om de 2e lening af te sluiten op basis van de inschrijving van de 2e hypotheek. Degene die de 1e lening heeft verstrekt is de 1e hypotheekhouder, de persoon die de 2e heeft verstrekt is de 2e hypotheekhouder.
Depotconstructies
: bouwhypotheek, depositolening, hypotheek met bouwdepot of hypotheek met deposito. Stortingen (aftrekken genoemd) komen voor in bestaande (renovatie met gefaseerde afbetalingen van de borg) en nieuwbouw (elke keer dat een fase is voltooid, wordt deze afbetaald van de borg; het schema staat in de koop/contractovereenkomst; de rente over de borg is vaak gelijk aan het hypotheekpercentage).
overbruggingsleningen
: dient voor tijdelijke financiering van de kaart, het geld komt vrij door de oude zekerheden te verkopen. De kredietverstrekker zal meestal een onderpand eisen. Dit kan op 3 manieren:
- Positief (dat de opdrachtgever zich verbindt om mee te werken aan het vestigen van een hypotheek door de geldverstrekker op zijn onroerend goed op verzoek van de geldschieter) en/of negatief (dat de opdrachtgever niet beslag zal leggen op het onroerend goed of doorgaat met hypotheken EN dat de opdrachtgever het onroerend goed niet verkopen zonder toestemming van de geldschieter) hypotheekverklaring: beide verklaringen dienen als morele zekerheid te worden beschouwd en gelden voor de aan- en verkoop van woningen.
- Onherroepelijke notariële volmacht voor het vestigen van een hypotheek
- Verlengen van de hypothecaire lening voor de aan- en verkoop woning
Gemiddelde rente bij hypotheekgroei
: door de verbouwing of de aankoop van een nieuwe, duurdere woning wordt er één nieuwe lening afgesloten met een gemiddelde rentevoet.€