Herkomst van papiergeld
Munten zijn natuurlijk al heel lang in omloop, de Romeinen hadden hun eigen munten al. Papiergeld bestaat al meer dan 1000 jaar, maar werd in deze periode heel lokaal gebruikt. Aan het begin van de 17e eeuw verscheen het eerste papiergeld in Europa.
Algemeen
“De Nederlandsche Bank betaalt aan toonder…” Deze tekst werd geschreven op de eerste Nederlandse bankbiljetten die werden gebruikt, wat aangeeft dat deze biljetten niets meer of minder waren dan een gewone schuldbekentenis.
Geschiedenis
Het waren de Chinezen die meer dan 1000 jaar geleden papiergeld introduceerden. Dat is natuurlijk niet verwonderlijk, want de Chinezen waren ook de eersten die papier maakten. Chinees papiergeld had een vaste handelswaarde. Pas rond 1700 kwam het eerste Europese papiergeld uit de pers in Zweden.
Papiergeld ging de geschiedenis in als promessen, uitgegeven door bankiers aan zeer goede klanten. Deze biljetten konden ze meenemen op reis en inwisselen bij een aangesloten bankier elders in het land. Het was een veilige manier om te reizen omdat de overvallers de rekening niet konden gebruiken. Het stond eigenlijk op naam en kon alleen door die persoon worden ingewisseld.
Omstreeks 1640 handelde de Bank van Amsterdam als eerste in verhandelbare certificaten. De eerste vorm van papiergeld op de Nederlandse markt was de kartonnen dollar, die in 1572 door de stad Leiden werd uitgegeven.
Naoorlogse bankbiljetten zijn ontworpen door R. Oksenaars en J. Druppelsteen. Portretten van enkele bekende Nederlanders versierden deze bankbiljetten totdat ze werden vervangen door een sluipschutter (100,–) of een vuurtoren (250,–). Joost van den Vondel was de 5e verd. notitie tot 1988, en Jans Pieterssons Svīlinks versierde de 25e tegelnota.
Hoe papiergeld wordt gemaakt?
Koninklijke Johan Enschedé slaat sinds 1814 Nederlands papiergeld.
Papiergeld verdienen is een heel bijzondere klus, eerst wordt er een speciaal papier gemaakt waar de afbeelding en het watermerk goed op passen. Het papier dat voor bankbiljetten wordt gebruikt, bestaat uit buitenste vezels die de zaadcapsules van de katoenplant bedekken. De gele kleur wordt gebleekt met waterstofperoxide.
Op de persen wordt een plaat gegraveerd, er worden papierrollen door de persen gehaald, waardoor de echtheidskenmerken op het papier worden overgebracht. Grote vellen bankbiljetten rollen van de persen, worden gecontroleerd op fouten, gesneden, gebundeld en vervoerd naar de Nederlandse bank.
euro
Op 1 januari 2002 is het Nederlandse bankbiljet verleden tijd. Vanaf die dag werd deze vervangen door de euro, een betaalmiddel dat vanaf die dag in 10 Europese landen geldig is.
De Oostenrijker Robert Kalina van de Oostenrijkse Centrale Bank (Oesterreichische Nationalbank) won in 1996 de schriftelijke essaywedstrijd. Er zullen 7 verschillende coupures in omloop zijn, elk met een eigen formaat, kleur en afbeelding, die in heel Europa hetzelfde zijn. Ze illustreren verschillende periodes van de Europese architectuur:
Ticket | tijdsperiode | kleur |
---|---|---|
€ 5,– | Oude tijden | Grijs |
€ 10,– | Romaanse tijd | rood |
€ 20,– | gotisch | Blauw |
€ 50,– | Renaissance | een sinaasappel |
€ 100,– | Barok en Rococo | Groente |
€ 250,– | IJzer en glas | geel bruin |
€ 500,– | Modern | paars |
Ook in het ontwerp worden regelmatig ramen, deuren en bruggen gebruikt. Een symbool van de geest van openheid, samenwerking in de Europese Unie en onderlinge communicatie tussen naties. Twaalf sterren duiden op dynamiek en harmonie in het moderne Europa. Alle bankbiljetten zijn voorzien van de Europese vlag.
Welke landen zijn lid van de euro?
Op 1 januari 2002 waren er 10 landen in de euro. Ze kunnen op het bankbiljet worden geïdentificeerd aan de hand van de codeletter die is toegewezen aan de Nationale Centrale Bank, die het serienummer vertegenwoordigt. Deze landen staan in alfabetische volgorde:
- Z, België
- X, Duitsland
- L, Finland
- Jij, Frankrijk
- Y, Griekenland
- T, Ierland
- S, Italië
- *, Luxemburg
- P, Nederland
- N, Oostenrijk
- M, Portugal
- V, Spanje
Sinds 1 januari 2007 is Slovenië, lid van de Europese Unie, overgestapt op de euro als wettig betaalmiddel, de codeletter is **.
Ook Montenegro, Kosovo, San Marino, Monaco en het Vaticaan hebben de euro onder voorwaarden ingevoerd, ook al zijn ze geen lid van de Europese Unie.
De volgende landen zullen de euro in hun land invoeren:
- 1 januari 2008, Cyprus en Malta
- 1 januari 2009, Slowakije
- 2010 of later, Estland, Letland, Litouwen, Hongarije, Polen, Tsjechië
Wist je dat:
- De Nederlander Willem F. Duisenberg was de eerste president van de Europese Centrale Bank. Daarom is de handtekening op de eurobankbiljetten waarschijnlijk van hem. Op 1 november 2003 werd hij vervangen door Jean-Claude Trichet, wiens handtekening ook terug te vinden is op de bankbiljetten
- De naam “euro” verschijnt zowel in het Latijn als in het Grieks op de bankbiljetten. Dit komt omdat beide alfabetten in de Europese Unie worden gebruikt
€
€