Cashflowanalyse: cashflows meten in een organisatie
Kasstroomanalyse is de analyse van kasstromen in een organisatie. Ondanks dat de organisatie zeer winstgevend kan zijn, kan er toch sprake zijn van een negatieve cashflow als gevolg van de cashflowanalyse. Een negatieve cashflow zonder voldoende liquiditeitsbuffer kan betalingsproblemen veroorzaken en de groei van de organisatie belemmeren.
Kasstroomanalyse
Kasstroomanalyses worden vaak uitgevoerd over een bepaalde periode, zoals een kwartaal of een boekjaar. De analyse geeft inzicht in hoe het eindsaldo van de betaalrekening in de betreffende periode is gevormd (in de vorm van sparen of juist in de vorm van het gebruik van een banklening). Kasstroomanalyse is van groot belang, omdat op deze manier duidelijk wordt hoe liquide de organisatie is: kan de organisatie op korte en lange termijn aan haar betalingsverplichtingen voldoen?
Soorten kasstromen
De kasstromen van een organisatie kunnen worden onderverdeeld in drie soorten:
Operationele kasstromen
Operationele kasstromen zijn kasstromen die worden gegenereerd door de kernactiviteiten van een organisatie of de dagelijkse bedrijfsvoering. De operationele cashflow is de belangrijkste cashflow omdat het laat zien of het bedrijf in staat is om voldoende cash te genereren via zijn dagelijkse activiteiten om zijn dagelijkse kosten te dekken.
Het kopen en verkopen van goederen (of diensten) is het primaire productieproces van het bedrijf. De resulterende cashflow is essentieel. De belangrijkste elementen die de operationele cashflow bepalen, zijn:
debiteuren
Verkopen op rekening creëert een debiteurenpositie. Een groeiende debiteurenpositie leidt tot een afname van de liquiditeit. Om te verkopen worden er kosten gemaakt (aankoop, transport, etc.), terwijl de inkomsten niet in contanten binnenkomen, omdat het geld “vastzit” tussen de debiteuren. Dit is een potentieel probleem, vooral in snelgroeiende organisaties. Door groei lopen de kosten snel op, terwijl de bijbehorende omzet niet direct komt.
schuldeisers
Crediteuren hebben het tegenovergestelde effect. Een toename van het aantal crediteuren leidt tot een toename van de liquiditeit. Aankopen worden immers gedaan voordat er wordt betaald. Het geld blijft dus in de organisatie. Een afname van het aantal crediteuren betekent dat crediteuren worden afgelost, waardoor de liquiditeitspositie afneemt.
Acties
Een toename van het eigen vermogen leidt tot een afname van de liquide middelen. Aandelen worden immers gekocht voordat ze worden verkocht. Een afname van de voorraad leidt tot een toename van de liquiditeit.
De cashflow die voortvloeit uit deze activiteit (aan- en verkoop) bepaalt de levensvatbaarheid van de organisatie. Een positieve cashflow over een bepaalde periode betekent echter niet noodzakelijkerwijs dat de organisatie succesvol is. Dit wordt duidelijk weergegeven in het onderstaande voorbeeld met een eenvoudige BV zonder extra activa en passiva.
Actief | Verplichtingen | ||||
---|---|---|---|---|---|
1/1 | 31/12 | 1/1 | 31/12 | ||
debiteuren | 40.000 | 10.000 | Eigen vermogen | 50.000 | 40.000 |
Acties | 20.000 | 10.000 | schuldeisers | 20.000 | 70.000 |
Liquide middelen | 10.000 | 90.000 | |||
In totaal | 70.000 | 110.000 | In totaal | 70.000 | 110.000 |
De liquide positie is met maar liefst EUR 80.000 gestegen, van EUR 10.000 naar EUR 90.000. Dit lijkt een zeer positieve ontwikkeling. Maar hoe is deze stijging tot stand gekomen?
Eigen vermogen:
Vorig jaar werden verliezen geleden van EUR 10.000, waardoor het eigen vermogen daalde van EUR 50.000 naar EUR 40.000. De daling van het eigen vermogen leidt tot een daling van de liquide positie met -10.000 euro.
schuldeisers
De positie van crediteuren is snel toegenomen. De organisatie heeft haar crediteuren niet betaald, waardoor een achterstand is ontstaan. De stijging van de crediteuren leidt tot een stijging van de liquide positie met +50.000 euro.
debiteuren
Het aantal debiteuren is afgenomen. Dit betekent dat de debiteur meer is betaald dan dat er nieuwe debiteuren zijn ontstaan. De vermindering van debiteuren betekent een stijging van de liquide middelen met + 30.000 euro.
Acties
Ook de voorraden zijn gedaald. Bestaande voorraad is verkocht, waardoor er geen nieuwe voorraad is ingekocht. Dit leidt tot een stijging van de liquide middelen met + 10.000 euro.
– 10.000 euro + 50.000 euro + 30.000 euro + 10.000 euro = + 80.000 euro, dat is precies de stijging van de liquide middelen. De cashflow is dit jaar dus zeer positief, maar wat zijn de implicaties voor volgend jaar? De schuldeiserspositie is te hoog. Schuldeisers zullen druk uitoefenen om hun geld te krijgen. Hierdoor zal de liquiditeit afnemen. De voorraden zijn bijna op. Nieuwe voorraad moet worden ingekocht als de organisatie haar omzet wil kunnen voortzetten. Dit leidt ook tot een afname van de liquiditeit. Tot slot is er weinig geld te verwachten van debiteuren. Doordat de nieuwe omzet niet direct wordt ontvangen, zal de debiteurenpositie toenemen en de liquide positie afnemen. Dit suggereert dat ondanks de toegenomen cashflow de vooruitzichten niet rooskleurig zijn. Het tegenovergestelde kan ook het geval zijn. Een organisatie met een snel afnemende liquiditeitspositie heeft misschien nog een mooi toekomstbeeld. Dit is vaak het geval bij snelgroeiende organisaties die te maken hebben met een snel groeiende debiteurenpositie. Het is voor deze organisatie van belang om voldoende bankkrediet te hebben om deze stijging op te vangen, of om strakkere afspraken te maken met debiteuren om sneller over het geld te kunnen beschikken.
Rente en dividenden maken ook deel uit van de operationele kasstroom. Rente wordt gezien als een dagelijkse kost van financieringsbeslissingen uit het verleden, terwijl dividenden worden gezien als een belang in een ander bedrijf (dat gewoonlijk de activiteiten van de eigen organisatie wil bevorderen). Om deze reden is besloten om zowel rente als dividenden onder de operationele kasstroom te classificeren.
Investeringskasstromen
Investeringskasstromen zijn kasstromen die verband houden met de aankoop, verkoop of afschrijving van vaste activa. Voor wat betreft activa geldt ook hier de regel dat een toename van het vermogen de liquide positie vermindert, terwijl een afname van het vermogen een toename veroorzaakt. Door een machine te kopen, komen er meer activa op de balans, maar het afbetalen van die machines betekent minder liquiditeit. Anderzijds verbetert de afbouw van activa (door verkoop of afschrijving) de liquiditeitspositie.
De aankoop van vaste activa kan worden gedaan uit de kasstroom die is vrijgesteld van economische activiteit. Echter, als het gaat om investeringen in een bedrijfspand of een dure machine, is een liquide positie vaak onvoldoende.
Cashflow financiering
Om te kunnen investeren in vaste activa wordt vaak een financiering geregeld. De schuldpositie staat aan de creditzijde van de balans, dus een toename van de schuld vergroot de liquiditeitspositie (een toename van de schuld creëert meer geld), terwijl een afname, bijvoorbeeld door aflossing van een lening, leidt tot een afname van de liquiditeit .
Afschrijvingen en besparingen
Afschrijvingen en overlopende activa kunnen indirect leiden tot een toename of afname van liquide middelen. Voorzieningen worden opgenomen wanneer toekomstige uitgaven worden verwacht (bijvoorbeeld een commercieel vastgoed dat na 5 jaar moet worden gerenoveerd). De opname van overlopende posten kan worden geboekt als een last, wat resulteert in een daling van de winst van de organisatie. Besparingen zijn echter geen echte kosten. Het geld blijft immers in de organisatie totdat de geplande uitgaven daadwerkelijk plaatsvinden. Een toename van de besparingen wordt beschouwd als een positieve cashflow. Hetzelfde principe geldt voor afschrijvingen. Afschrijving wordt gebruikt om de afschrijving van vaste activa aan te geven. Deze afschrijving kan ten gunste komen van de winst, ook al zijn het geen werkelijke kosten. Afschrijvingen veroorzaken een afname van vaste activa, wat resulteert in een positieve cashflow.
Wat is het nut van cashflowanalyse?
Kasstroomanalyse wordt beschouwd als een aanvulling op de winst- en verliesrekening van de organisatie. Samen geven de twee rapporten een goed beeld van de prestaties van de onderneming, zowel in resultaat als in de ontwikkeling van de liquiditeit van de onderneming. Een winst- en verliesrekening alleen geeft geen volledig beeld van de kwaliteit van een organisatie. Een winst kan bijvoorbeeld goed lijken, maar kan zijn gegenereerd door reserves vrij te geven of voorraad te herwaarderen. Kasstroomanalyse laat zien of er naast boekhoudkundige winst voldoende cash wordt gegenereerd om de continuïteit van de organisatie te waarborgen.
Kasstroomanalyse vindt voornamelijk plaats over historische perioden. Voor prognosedoeleinden kan het liquiditeitsbudget een goed inzicht geven in de verwachte kasstromen in de organisatie, zodat kan worden bepaald in welke periodes investeringen mogelijk zijn en in welke periode het eventueel nodig is om een banklening te gebruiken.€